Is dít cultuur voor iedereen?

Waarom dit over ons allemaal gaat en niet alleen over geld

Deze cultuurperiode was zwanger van de belofte dat de urban arts en popmuziek volwaardig zouden toetreden tot de culturele basisinfrastructuur (BIS) van Nederland. Die hoop lijkt met het advies van de Raad voor Cultuur vervlogen. Een kleine 0,5% van het podiumkunst budget gaat naar urban arts. De popmuziek komt er zo mogelijk nog slechter vanaf met een verwaarloosbaar aandeel van 0,15%. Het beleid werkt niet, want het systeem is stuk. Maar vergeet de impact op de makers, de artiesten, deze keuze is voor ons allemaal gemaakt, ook voor u.

Typhoon die meespeelt met het Amsterdam Sinfonietta, dat is volgens de Raad voor Cultuur een voorbeeld van succesvol diversiteitsbeleid. Dan krijg je een nieuw publiek binnen, “met behoud van het mooie,” aldus de voorzitter van de raad in het filmpje dat voorafging aan de bekendmaking over de BIS-gelden. Minister van Engelshoven van Cultuur had niet alleen fair pay, maar ook diversiteit en inclusie als belangrijke voorwaarden benoemd voor het krijgen van geld. Ook heeft de minister in de afgelopen jaren herhaaldelijk gezegd dat urban arts een groter stuk van de taart moeten krijgen. Een van de belangrijkste ambities in haar uitgangspuntennota 2021 -2024: “De urban arts bestaan al sinds de jaren tachtig en zijn niet meer weg te denken uit het Nederlandse cultuurlandschap. Toch is dit deel van het kunstenlandschap nog nauwelijks terug te vinden in de basisinfrastructuur (red. feitelijk helemaal niet). Dat wil ik de komende periode veranderen. Net als de Raad voor Cultuur maak ik plek voor meer genres die een breder, gevarieerder publiek bereiken. Dat doe ik door ruimte te maken voor festivals en ontwikkelplekken in alle disciplines en sectoren.’’

Wat de BIS doet

Die ruimte had in de BIS tot stand moeten komen. Maar wat is die BIS nu precies en wat moet deze eigenlijk waarborgen? Het ministerie van cultuur legt het op haar site prima zelf uit: “Cultuur is van en voor iedereen. Daarom wil de Rijksoverheid dat zoveel mogelijk mensen in Nederland toegang hebben tot cultuur van hoge kwaliteit. De Rijksoverheid vindt het belangrijk dat het landelijke cultuurbeleid het beste bevat dat het culturele leven te bieden heeft. Ook nieuwe vormen, andere genres en ander publiek hebben hierin een plaats (…) Het landelijke culturele subsidiestelsel noemen we de culturele basisinfrastructuur (BIS). Binnen de BIS wordt subsidie verstrekt aan culturele instellingen en aan de landelijke cultuurfondsen. Hierbij is onder meer aandacht voor onder andere podiumkunsten, musea, beeldende kunst, mode, film, letteren, urban, ontwerp, festivals, nieuwe genres en cross-overs.” En wat is er dan belangrijk in de komende periode 2021 – 2024?!: “Verbreding en vernieuwing zijn een noodzaak om het cultuuraanbod bij de tijd en aantrekkelijk te houden voor de hele bevolking. In 2021-2024 biedt de Rijksoverheid daarom in de BIS ruimte aan andere genres. Zo is er meer ruimte voor festivals, ontwikkelinstellingen, jeugdpodiumkunsten, regionale musea en muziekensembles.” Binnen de BIS ben je zogezegd een nationaal baken voor je kunstvorm, voor je genre, daarvoor draag je de verantwoordelijkheid. Daarvoor terug, ontvang je de erkenning en is je kunstvorm gewaarborgd in de Nederlandse samenleving. Een grote symbolische stap die veel betekent. Wie in de BIS zit, zo is de gedachte, behoort tot het beste en is echt relevant. Daarbuiten liggen de zaken anders.

Het sprookjeHet ministerie zette een flitsend filmpje op haar site om alles nog eens te verduidelijken. Dat opent met een donkere deejay, veel gekleurde poppetjes en een vrolijke boodschap voor ons allemaal. Aan dit verhaaltje komt snel een einde wanneer 4 juni jongstleden de Raad voor Cultuur als een lompe boswachter het kleurrijke sprookjesbos binnen dendert. “Niks daarvan, opdonderen uit mijn bos, gespuis!” Maar wie is die Raad voor Cultuur dan helemaal om zo ontzettend bot uit de hoek te komen? Wel, op de site van de Raad voor Cultuur geen vrolijke filmpjes, maar strenge teksten. De Raad voor Cultuur adviseert de minister. In ons systeem van checks en balances geeft de minister de raad de opdracht om haar uitgangspunten in te vullen en instellingen die zich daarop inschrijven te toetsen. De minister neemt dit altijd, zonder uitzondering over. De uitkomst is een lijvig rapport dat de culturele toekomst van Nederland bepaalt en beschrijft waar u de komende tijd van gaat genieten.

Het resultaat

Gaat u er maar voor zitten. Zetten we wat de Raad voor Cultuur zelf verstaat onder urban arts en pop om in cijfers dan zien wij in de verdeling van het podiumkunst budget weinig terug van de vergezichten en uitgezette beleidslijnen. Een weinig noemenswaardige 0,46 % van het podiumkunst budget gaat naar urban arts. De popmuziek komt er zo mogelijk nog slechter vanaf met een verwaarloosbaar aandeel van 0,15%. Ja, dat is inderdaad zo goed als niks. Maar wat wij u nog niet vertelde is dat 99,39 procent van het overige podiumkunst budget gaat naar wat je in de volksmond “klassiek en modern repertoire” noemt. 

Vlek op vlek

Zit je tussen pop en urban arts in, dan is het dubbelfeest. Urban muziek mag je gerust een van de meest beluisterde muziekstromingen van Nederland noemen. Cijfers? Lees liever wat Akwasi sinds de protesten op de Dam via de nationale media over zich heen krijgt. Praktisch elk kind in Nederland kent Ronnie Flex, Snelle en ja ook Akwasi. Is dat soms gevaarlijk? De felle reacties die hij na zijn optreden te verduren krijgt, zeggen in ieder geval iets over de hoeveelheid mensen die hij bereikt.

De kunstgreep: Urban

Vraagt u zich wat urban arts zijn? Wij ook. Het is een stereotype aanduiding, door de scene niet omarmd maar wel als beleidslabel van bovenaf opgedrongen. Een Hollandse stamppot aan dans, muziek, poëzie en andere disciplines met in de volksmond, zwarte roots. 

De Grammy’s die jaarlijks de belangrijkste muzikale prijzen in de Verenigde Staten uitdeelt, schrapte vorige week de categorie Urban. Ongepast en niet meer van deze tijd. Dat statement willen wij ook hier duidelijk maken. 

Tyler the Creator winnaar van de categorie urban legde het begin dit jaar haarfijn uit. Het is niets minder dan de politiek correcte kwalificatie om het N-woord te gebruiken. De Playstation controller die je aan je irritante neefje geeft die wil meespelen maar die niet aangesloten is op het spel dat je zelf speelt.

De term werpt ook in Nederland meer beperkingen dan kansen op. Zoals de vrijwel onmogelijke opgave voor de scene om zich onder één paraplu formeel te organiseren en aan tafel te zitten bij de minister. Een spaak in de oplossing. In het schrappen van de term ligt direct de uitweg uit de impasse van dit systeem. Laat het los en zie, we treden zonder beperkingen tot de BIS toe met theater, dans, muziek en meer.

Systematiek?

Ondanks het enorme aantal liefhebbers en luisteraars komt ook deze muziek in Nederland bedrogen uit. Met Radio 2 dat binnen het bestel daarvoor het grootste platform biedt en het laagste budget van alle radiozenders heeft, FunX dat na zoveel succesvolle jaren nog steeds geen landelijke FM-frequentie heeft, artiesten en jonge makers die zich zonder noemenswaardige ondersteuning vanuit de rijks- of cultuurfondsen sterk ontwikkelen, is het razendknap hoe groot die stroming in Nederland is geworden. Hoe zou dat komen? Het antwoord is zo eenvoudig als de oplossing: het is onderdeel van onze Nederlandse cultuur, wordt door miljoenen Nederlanders geabsorbeerd en uitgedragen, en het is hard bezig heel veel nieuwe jonge zieltjes te winnen. Je kunt wel doen alsof het heel klein is en slechts import zou zijn, maar het is inmiddels misschien wel de meest dominante cultuur en eenvoudigweg een integraal onderdeel van wie wij allen zijn in dit land, Nederland. Aan de andere kant moet echter nog hard gewerkt worden. Waar is de erkenning, de volwaardige positie in de samenleving? Komt de systematiek u bekend voor?

Dwingende vragen

Nogmaals: dit gaat niet over geld alleen, dit gaat over ons allemaal. De verdeling die in de BIS is gemaakt is om die reden schrijnend. Dat is treurig en is niet zonder consequenties. Immers, wanneer de teleurstelling verteerd is, blijven twee dwingende vragen onbeantwoord: Wat is dan de waarde van die cultuur? En niet onbelangrijk voor en van wie is die cultuur dan? Sprookjesbos of spookhuis? Zegt u het maar.

Eenrichtingsverkeer

De Raad heeft in ieder geval niet naar de wensen van de minister geluisterd. En al helemaal niet naar de tijdgeest. “Stop met het opdringen van witte cultuur,” betoogden cultuurpausen Melle Daamen en Clayde Menso augustus vorig jaar nog in NRC. Ze schreven: “Het huidige beleid is erop gericht om hen bij onze instellingen en onze kunst te betrekken. Om jongeren of mensen met een migratie-achtergrond ‘die de weg naar theater of museum nog niet uit zichzelf gevonden hebben’ een ‘handje te helpen’. Heel paternalistisch, en eenrichtingsverkeer.”

Het verweer

Voorheen was het argument vaak: maar ze vragen niet aan! Hoe kunnen we ‘urban arts’ en pop integreren als ze zich niet aandienen? Nou, dit jaar deden ze dat wel. Positieve beoordelingen kregen ze ook, (Summer Dance Forever BIS Festival Aanvraag 2021 2024) toch leidde dit niet tot toetreding tot de BIS. Van de aanvragen die de Raad voor cultuur verstaat onder ‘urban arts’ is jeugddanstheater Aya als enige toegelaten tot het podiumkunsten budget. De paar andere organisaties die onder ‘urban arts’ vallen, zoals het Hiphophuis, DOX en Emoves zijn toegelaten tot wat ‘ontwikkelinstelling’ heet. 

Een gezond ecosysteem

Welke ambitie spreekt hieruit? Een paar ontwikkelinstellingen en één jeugddanstheater maakt nog geen vruchtbaar ecosysteem. Laat staan dat het representatief is voor alles wat dit prachtige land op dat vlak te bieden heeft. In een vruchtbaar ecosysteem is er ook een plek waar dat gekweekte talent wind onder de vleugels geblazen krijgt. Niet verwonderlijk dat zowel de minister als de Raad voor Cultuur van dit gezonde ecosyteem een speerpunt maken. Summer Dance Forever is bij uitstek zo’n lanceerplatform in de urban of liever gezegd hiphop dans, net als Eurosonic Noorderslag dat is voor de pop. Beiden festivals trekken alle belangrijke boekers van Europa om ze vervolgens zoveel mogelijk Nederlands talent voor te schotelen. Op en dankzij die festivals ontmoeten zowel dansers en dansgroepen, bands en artiesten de mensen die hen in Nederland en elders in de wereld kunnen en gaan programmeren. Die festivals creëren dus internationale markt voor het talent dat voortkomt uit de ontwikkelinstellingen. En is dat niet juist wat je ook wilt: dat artiesten zelf geld kunnen verdienen met hun kunst? Zonder u verder te willen vermoeien met de diepere betekenis van een gezond ecosysteem is dit het voorbeeld van slechts één aspect.

Is dít cultuur voor iedereen?

De Raad voor Cultuur beoordeelde 23 festivals positief en adviseert 8 festivals voor de BIS te honoreren, waaronder 4 nieuwkomers: Noorderzon, November Music, Festival Tweetakt en de Rotterdamse Operadagen, respectievelijk een multidisciplinair podiumkunstfestival, een festival voor hedendaags gecomponeerde muziek, een jeugdpodiumkunst festival en opera. Allen categorieën die ook elders ruim vertegenwoordigd zijn in het BIS-bestel. Dat is met alles wat er in aanloop naar dit kunstenplan is uitgesproken en verondersteld een opvallende keuze. Je zou heel boos kunnen roepen dat ‘urban arts’ (en de pop) weer tegen de boswachter aanlopen die de gevestigde kunsten in het cultuurbos beschermt. Maar dat is het punt helemaal niet. Het is alle nieuwkomers van harte gegund en verdient oprecht een groot compliment. De vraag is of dit zoals de beleidsvisie van de minister uitdraagt “cultuur voor iedereen” is? De uitkomst blijkt vooralsnog geen keuze, maar een leuze! Dit is niet kiezen, maar intrinsiek fundamentele waardes verliezen!

De staat van het land

De zaalbezetting is sinds jaar en dag geen afspiegeling van de samenleving. Het filmpje met het vrolijke volkje is nog ver weg. Vraag je je af waarvan uit historisch perspectief enige vooruitgang geboekt is, dan is je respons een oorverdovende stilte, zo getuige ook de onderzoeken door Bureau Berenschot en La Groupe sinds de beleidsperiodes van Rick van der Ploeg en later nog, Jet Bussemaker. Het contrast met het eerdergenoemde filmpje kan eenvoudigweg niet groter. De Raad voor Cultuur versterkte vorige week die stilte in haar advies om ‘urban arts’ en pop festivals – (buiten die categorie zijn er gezien de opgelegde systematiek van de ‘urban arts’ nog geen aanvragers) – pas in de volgende cultuurperiode 2025 – 2028 op te nemen. De hete aardappel wordt voor de zoveelste keer letterlijk doorgeschoven. Wederom is de reflex dezelfde, gebeurt en verandert er weinig en is de afspiegeling van iedereen die het sprookjesbos bewonen nu in ieder geval geen factor van betekenis. Tegen die tijd dat er misschien iets verandert, heeft de donkere deejay een lange grijze baard. Het huidige systeem bevoordeelt bepaalde groepen en ook dat horen we al te lang. Is dit opnieuw wat we willen? Is dit inderdaad representatief voor heel Nederland? Is dít cultuur voor iedereen? Gaat dit nog over ons? Gaat het u ook nog aan?

Goed nieuws voor Nederland

De oplossing ligt voor het oprapen. Voer de visie uit waarvoor deze minister haar nek uitsteekt. Laat dat kleurrijke sprookjesbos dat plaats biedt aan iedereen, floreren. Nooit eerder werden zoveel festivals zo positief beoordeeld voor de BIS. Dat is heel goed nieuws voor Nederland. Waarom geen plek creëren voor ‘urban arts’ en pop festivals zodat je recht doet aan de hele cultuur, aan alle Nederlanders? Kom op, kijk naar buiten, steek de thermometer onder de tong van de samenleving: het is echt tijd om de taart anders te verdelen. Om te delen. Dat sprookjesbos is zo’n slecht idee nog niet. We roepen de minister op om zich te houden aan haar eigen visionaire woorden en meer geld beschikbaar te stellen voor ‘urban arts’ (en de pop) en daadwerkelijk ruimte te maken voor festivals in alle disciplines en sectoren.  Zodat – net zoals voor andere kunstvormen – ook deze sectoren gezonde ecosystemen mogen kennen en zich voor hun grote schare liefhebbers artistiek verder kunnen ontplooien. ‘Urban arts’ zijn er niet om nieuwe doelgroepen te bereiken. Ze zijn er ook niet om de jeugd van de straat te houden. Het zijn volwaardige kunstvormen op zichzelf, artistiek vernieuwend, van niveau en relevant, voor ons allemaal!

Onderstaande personen en organisaties onderschrijven dit statement. De lijst groeit en wordt doorlopend ge-update.

Amsterdam Academie voor Theater en Dans
de Meervaart
MMF. NL (Music Managers Federatie)
UIMA (United Independent Music Agencies)
Motel Mozaique
North Sea Jazz
Daily Paper
Appelsap Festival
SMIB
Amma
Asante
voorzitter Centrum voor Beeldende Kunst Zuidoost, voormalig Lid van de Tweede Kamer
Arjo
Klingens
Voorzitter Popcoalitie
Aruna
Vermeulen
Hiphop Huis
Barbara
Doesburg
Bestuur Summer Dance Forever
Berend
Schans
Directeur Vereniging Nederlandse Poppodia en -Festivals (VNPF)
Boye
't Lam
Dekmantel
Bryan
Druiventak
Stichting Solid Ground
Carlos
van Ree
werkzaam als communicatiestrateeg bij de Rabobank Groep Nederland, oprichter Amsterdam & Co
Dago
Houben
Directeur Eurosonic Noorderslag
Dalton
Jansen
Dalton Jansen Choreografie
Danka
van Dodewaard
Amsterdam Roots Festival
Nina
Draaijers
Live at BIRD
Edwin
van Balken
Bestuur Summer Dance Forever
Ellen
Tjon A Meeuw
Well Made Productions
Eric
van Eerdenburg
Directeur Lowlands
Gee
Schmidt
Patta
Yvette
Fijen
ATKA (Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie
Wies
Bloemen
Artistiek leider danstheater AYA
Wesley
Texel
Encore / Jamrock
Vincent
Patty
Top Notch / Noah's Ark
Verdran
Mircetic
De Staat
Tyron
van der Meer
The Notorious IBE
Torre
Florim
De Staat
Toon
Steenvoorden
Haags Hiphop Centrum/Stiching Aight
Tim
van Delt
De Staat
Suzy
Blok
Bestuur Summer Dance Forever
Sterre
Raymakers
Don Bosco Straatvisie
Siemen Vincent
Tenzer
Super Sonic-Jazz
Samora
Bergtop
Well Made Productions
Ruud
Lemmen
Directeur Woo Hah!
Ronald
Keizer
BLiP Agency
Philip
Powel
BIRD BV
Roger
Brown
Missin' Link
Monique
Duurvoort
MMDance
Mohamed
Yusuf Boss
X_YUSUF_BOSS
Mohamed
Ghabri
Mo Manager
Mike
Bindraban
Good Music Company
Mike
van Wetten
Michiel
Kleiss
Interim directeur Paradiso
Marjorie
Boston
RIGHTABOUTNOW INC
Mario
Bee
The Notorious IBE
Marijke
Troelstra
Senior Programmeur Literatuur, Kunst & Cultuur Openbare Bibliotheek Amsterdam
Marga
Douma Alta
MBO College Zuid - ROC van Amsterdam
Manuel
Segond von Banchet
Zakelijk leider Aya
Malvin
Wix
MrWix Music BV
Maarten
van Hinten
RIGHTABOUTNOW INC
Luc
Deleau
Summer Dance Forever, Super Sonic Jazz
Lloyd
Margengo
Lloydscompany
Lisa
Boersen
Paradiso
Linda
Wassink
Don Bosco Straatvisie
Kees
Heus
Summer Dance Forever, Super Sonic Jazz, Paradiso
Jurjen
Mooiweer
Mondriaan Jazz Festival
Jop
van Summeren
De Staat
Jonas
Kraft
Popkraft
Jolanda
Spoel
Maaspodium
John
Agesilas
Summer Dance Forever
Jarrod
Francisco
Bestuur Summer Dance Forever
Jade
Schiff
Lloydscompany
Ide
Koffeman
directeur Down The Rabbit Hole
Hillie
Zoetelief
Topbillin’
Henry
O'tawiah
Stichting Solid Ground
Henca
Maduro
Directeur Epitome Entertainment
Gamte
Schmidt
Bureau Punt
Ger
Jager
Stichting Solid Ground
Gemma
Jelier
Korzo Theater Den Haag
Geert
van Italië
Directeur Melkweg
Marjo
van Schaik
Amsterdamse hogeschool voor Theater en Dans
Sonja
Hoogendoorn
voorzitter directie MBO college zuid Bij ROC van Amsterdam
Jeroen
van den Bogert
BLiP Agency
Otiniel (Mano)
Silva
Africadelic
Roccu
Hueting
De Staat
Kim
Tuin
Het Hem
Luc
Mastenbroek
De School
Vincent
Soekra
Kwaku Summer Festival
Hesdy
Lonwijk
Filmmaker
Esmee
Ronde
Factory
Likeminds
Dirk
Korell
CaminAktion
Ruben
Chi
Soulcypher/ Ghetto Funk
Sherlock
Telgt
Stichting Backbone
Dave
Vanderheijden
Hiphop in je Smoel
Ubit
Iskandar
Theatermaker/Docent
Daisy
Benz
What's Not Festival
Niek
Traa
The Ruggeds